Onlangs is onze buurvrouw overleden. Het hart van de -op het oog zo kranige- Friezin gaf het op na een periode van steeds meer klachten en ziekenhuisopnames. Heel jammer, want we begonnen net wat meer contact te krijgen, Greetje en ik. Vorig jaar was ik begonnen de tuin voor haar te maaien, wat ze ondanks mijn tegenstribbelen steevast beloonde met een ‘zakcentje voor een biertje’. En omdat bekend was dat ze niet goed at, heb ik haar de laatste tijd nog regelmatig een bakkie soep gebracht. Dat vond ze lekker, verzekerde ze mij.
Buurvrouw Greetje was dol op feestjes met muziek en ze was een vermaard zendamateur hier in de buurt. Ze draaide alleen Nederlandstalige en Friese plaatjes en stond bekend onder de piratennaam ‘Keetje Tippel’, naar de gelijknamige hit van onze enige echte Zangeres Zonder Naam.
Ze was ook dol op haar 5 krielkipjes. Die waren haar lust en haar leven. Buurman B. had jaren geleden daarom een wonderschoon kippenhok voor haar getimmerd met een puntdak met echte dakpannen en een leuke ren ervoor. De opening van Greetjes’ kippenhok moet destijds een waar feest zijn geweest. De hele buurt was uitgenodigd en het bier vloeide rijkelijk tot laat op de avond, verzekerden ‘zij die het meegemaakt hebben’ mij meermaals glunderend.
Overbuurman Ton heeft inmiddels de krielkipjes onder zijn hoede genomen. Het kippenhok stond er daarna, net als Greetjes huisje, leeg en verlaten bij en de familie maakte geen aanstalten iets met het kippenhok aan te vangen. Dus… heb ik toen de stoute schoenen aangetrokken en gevraagd of ik het misschien mocht hebben. Dat mocht. Op voorwaarde dat ik het zelf weg zou halen natuurlijk.
Dat had nog wel wat voeten in de aarde, want het is een degelijk Fries kippenhok en dus niet te tillen. Lief en de buurman moesten er aan te pas komen om het hok te verplaatsen naar onze achtertuin. Uiteindelijk verliep dat heel goed met behulp van ons karretje en een paar gladde planken waarover we het hok de kar op en weer af konden schuiven.
Het kippenhok is volgens de buurman al zeker een jaar of 20 oud, maar het ziet er nog prima uit. Het kan een likje verf gebruiken en hier en daar moet een kleinigheid vervangen of aangepast worden, maar zodra de garage klaar is, wil ik me gaan storten op het houden van kippen. Niet alleen omdat het me enig lijkt – ik heb toen we hier pas woonden zelfs al een workshop ‘kippen houden’ gevolgd bij de Welkoop- , maar ook ter nagedachtenis aan onze bijzondere buurvrouw. Met dank aan de buurman heb ik ook een naam gevonden voor het kippenhok: Keetje. Deze meer dan toepasselijke naam komt straks op een mooi houten naambordje op het kippenhok te staan. Zo blijft dit buurtmonument toch voortbestaan, net als de herinnering aan buurvrouw Greetje, oftewel de Jubbegaaster zendpirate Keetje Tippel.



